Verschillende troostverhalen
In situaties van verlies en rouw weet je misschien niet altijd even goed wat je zou kunnen zeggen aan de ander. Dat is heel begrijpelijk, want het is ook lastig. Troostverhalen kunnen dan wellicht ondersteunend werken om je te helpen de juiste woorden te vinden die je kan mededelen aan de ander. Maar ook voor jezelf als je niet weet hoe je jouw eigen gevoelens en emoties het beste kan verwoorden na een situatie waarin verlies en rouw aan de orde is.
Op deze pagina zijn daarom speciaal voor jou een aantal verschillende troostverhalen verzameld die je kunt lezen, en die je hopelijk wat ondersteuning kunnen bieden om gesprekken aan te gaan en te voeren als het gaat over verlies en rouw en dan met name de gevoelens en emoties die daarmee gepaard gaan.
Troostverhaal 1: Het verhaal van de drie bomen
“Er waren eens drie bomen. Tijdens een harde storm verloren ze alle drie een tak waarvan ze heel erg hielden. De bomen gingen alle drie op een andere manier met hun verlies om. Een paar jaar later ging ik op zoek naar de bomen en heb ik ze weer gevonden.
De eerste boom rouwde nog steeds om zijn verlies en ieder voorjaar als de zon hem uitnodigde om te groeien, zei hij: “Nee, dat kan ik niet want ik mis een belangrijke tak.” Deze boom was klein gebleven en stond in de schaduw van andere bomen. De zon kon er niet meer bij. De wond waar de tak was afgebroken kon je goed zien; het was het hoogste punt van de boom gebleven. De boom was na het verlies niet meer verder gegroeid.
De tweede boom was zo geschrokken van de pijn dat hij had besloten om het verlies te vergeten. Hij was moeilijk te vinden, want hij lag op de grond. Hij was bij een voorjaarsstorm omgewaaid omdat zijn wortels geen houvast meer hadden in de aarde. De plek van de wond was moeilijk te vinden. Deze zat verstopt achter een heleboel vochtige bladeren.
De derde boom was ook geschrokken van de pijn en leegte in zijn lijf. Hij had gerouwd om zijn verlies. Het eerste voorjaar toen de zon hem uitnodigde om te groeien, had hij gezegd: “Dit haar nog niet, het is te vroeg.” Toen de zon het tweede voorjaar weer terugkwam met de uitnodiging had hij gezegd: “Ja zon, verwarm mij maar. Mijn wond heeft warmte nodig, zodat ze weet dat ze erbij hoort.” Toen de zon het derde voorjaar weer terug kwam, sprak de boom: “Ja zon, kom maar, ik wil weer groeien. Ik weet dat er nog veel te groeien is.” De derde boom was moeilijk te vinden want hij was groot en sterk geworden, dat had ik niet verwacht. Gelukkig kon ik hem herkennen aan de dichtgegroeide wond die vol trots in het zonlicht stond.”
Een troostverhaal geschreven door Evert Landwaard
Vragen die je kunt stellen na het verhaal van de drie bomen:
- Wat zegt dit troostverhaal je?
- Welke boom ervaart de meest intense rouw volgens jou?
- Welke boom ben jij in dit troostverhaal op dit moment?
Troostverhaal 2: Het doosje van de mier
Op een avond zaten de eekhoorn en de mier naast elkaar op de bovenste tak van de beuk. Het was warm en stil en zij keken naar de toppen van de sterren. Zij hadden honing gegeten en gepraat met de zon, de oever van de rivier, brieven en vermoedens. ‘Ik ga deze avond bewaren,’ zei de mier. ‘Vind je dat goed?’
De eekhoorn keek hem verbaasd aan. De mier haalde een klein zwart doosje tevoorschijn. ‘Hier zit ook de verjaardag van de lijster in,’ zei hij. ‘De verjaardag van de lijster?’ vroeg de eekhoorn.
‘Ja,’ zei de mier en hij pakte de verjaardag uit het doosje. En zei aten weer zoete kastanje taart met vlierbessenroom, en ze danste weer terwijl de nachtegaal zong en het vuurvliegje aan- en uitging, en ze zagen de snavel van de lijster weer glimmen van plezier. Het was de mooiste verjaardag die zij zich konden herinneren.
De mier stopte hem weer in het doosje.
‘Daar stop ik deze avond bij,’ zei hij. ‘Er zit al veel in.’ Hij deed het doosje dicht, groette de eekhoorn en ging naar huis.
De eekhoorn bleef nog lang op de tak voor de deur zitten en dacht aan het doosje. Hoe zou die avond daar nu in zitten? Zou hij niet verkreukelen of verbleken? Zou de smaak van honing er ook in zitten? En zou je hem er altijd weer in kunnen krijgen als je hem eruit haalde? Zou hij niet kunnen vallen of breken, of wegrollen? Wat zou er trouwens nog meer in het doosje zitten? Avonturen die de mier had beleefd? Ochtenden in het gras aan de oever van de rivier, als de golven glinsterden? Brieven van verre dieren? En zou het doosje ooit vol zijn, zodat er niets meer bij kon? En zouden er ook andere doosjes bestaan, voor treurige dagen? Zijn hoofd duizelde. Hij ging naar huis en stapte in bed.
De mier lag toen al lang te slapen, in zijn huis onder de struik. Het doosje lag boven zijn hoofd, op een plank. Maar hij had het niet stevig genoeg dicht gedaan. Midden in de nacht schoot het plotseling open en een oude verjaardag vloog met grote snelheid naar buiten, de kamer in. En plotseling danste de mier met de olifant, in het maanlicht, onder de linde. ‘Maar ik sliep!’ riep de mier. ‘O dat geeft niets’, zei de olifant en hij zwierde met de mier in het rond. Hij zwaaide met zijn oren en slurf en zei: ‘Wat dansen wij goed hé?’ en ‘O pardon’ als hij op de tenen van de mier trapte. En hij zei dat de mier ook best op zijn tenen mocht trappen. De gloeiworm glom in de rozenstruik en de eekhoorn zat op de onderste tak van de linde en wuifde naar de mier.
Plotseling glipte de verjaardag het doosje weer in en even later werd de mier wakker. Hij wreef zijn ogen uit en keek om zich heen. De maan scheen naar binnen en viel op het doosje op de plank. De mier stond op en duwde de deksel stevig dicht. Maar hij hield zijn oor nog wel even tegen het doosje en hoorde muziek en geritsel en gebakkel van golven. En hij dacht zelfs even dat hij de smaak van honing proefde, maar hij wist niet zeker of dat wel kon.
Hij fronste zijn voorhoofd en stapte weer in bed.
Een troostverhaal over bewaren en herinneren van Toon Tellegen
Vragen die je kunt stellen na het verhaal het doosje van de mier:
- Wat zegt dit troostverhaal je?
- Welke herinneringen bewaar jij in een doosje?
- Wat betekenen deze herinneringen voor je?